Archief voor februari, 2017

 

Kurt Cobain zag vijftig jaar geleden het levenslicht in het stadje Aberdeen in de Amerikaanse staat Washington. Niemand kon toen voorspellen dat de zanger van Nirvana zou uitgroeien tot een van de invloedrijkste mensen uit de rockmuziek in de jaren 90. Zijn dood in 1994 maakte een einde aan het grungetijdperk en liet de generatie X verbijsterd achter.

Kurt Donald Cobain ziet het levenslicht op 20 februari 1967 in het mistroostige houtkappersstadje Aberdeen, zo’n 120 kilometer ten zuidwesten van Seattle. Zijn moeder is 19 en serveert cocktails, zijn vader is een 21-jarige automecanicien. Drie jaar later krijgt hij er een zus bij, Kimberly.

AP

Volgens zijn familie heeft Cobain de muziekmicrobe al vroeg te pakken en zingt hij als tweejarige "Hey Jude" van The Beatles. Hij leert pianospelen op zijn vierde.

Alles gaat relatief goed tot zijn ouders scheiden als hij zeven is. Later zal hij in interviews vertellen dat die gebeurtenis zijn leven dramatisch heeft veranderd. Hij wordt een stil en teruggetrokken kind dat afwijkend gedrag vertoont. Als tiener rebelleert hij enorm, zijn vader kan hem niet meer aan en hij wordt vaak bij vrienden of familie ondergebracht.

De punkscène betekent de ontsnapping voor de jonge Cobain. Bij zijn allereerste concert, The Melvins, gaat er een wereld voor hem open. Tijdens zijn middelbare schooljaren trekt Cobain weer bij zijn moeder in.

Hij beseft dat hij zijn diploma niet zal halen en twee weken voor het einde van het schooljaar kapt hij ermee. Zijn moeder stelt hem voor de keuze: werk vinden of vertrekken. Een week later staan zijn dozen klaar en moet hij weg. Er volgt een periode van omzwervingen en hij ontmoet mede-punkrockfan Krist Novoselic. Ze richten samen een band op die na enkele naamsveranderingen tot "Nirvana" wordt gedoopt.

AP

In 1989 brengt de groep een eerste album uit, "Bleach". Een jaar later sluiten ze een platendeal met het grote DGC Records en in 1991 laat de band "Nevermind" op de wereld los. Het nummer "Smells Like Teen Spirit" betekent de grote doorbraak.

In datzelfde jaar ontmoet Kurt Cobain de zangeres van de band "Hole" die helemaal weg is van hem: Courtney Love. De twee kondigen al snel hun verloving aan en Cobain stapt in pyjama met Love in het huwelijksbootje op het strand van Hawaï. Courtney Love is dan al zwanger en een paar maanden later wordt hun dochter Frances Bean Cobain geboren.

"Heroïne weerhoudt me ervan m’n kop eraf te knallen"

Hoewel het Cobain ogenschijnlijk allemaal voor de wind gaat, is het tegendeel waar. De frontman worstelt met het succes van de band. Hij heeft moeite met de constante media-aandacht, verliest het gevoel van controle over zijn toekomst en zwicht onder de druk.

AP

In een interview laat hij optekenen dat het hem bang maakt dat de vele fans voor antwoorden op levensvragen naar hem kijken. Hj zegt hierover: "I find that frightening at times, because I am just as confused as most people".

Sinds zijn tienerjaren heeft Cobain een drugsverslaving ontwikkeld die hij steeds moeilijker in de hand heeft. Tegen het einde van het jaar 1990 is hij zwaar verslaafd aan heroïne. Hij heeft last van maagpijnen en beweert dat de heroïne de pijn onderdrukt. Op een gegeven ogenblik zegt hij dat de heroïne hem ervan weerhoudt "zijn kop eraf te knallen".

Tijdens een tournee door West-Europa gaat het van kwaad naar erger en wordt de Nirvana-frontman door zijn vrouw bewusteloos aangetroffen op de vloer van hun hotelkamer in Rome. Hij heeft een overdosis Rohypnol genomen in combinatie met champagne. Cobain wordt naar het ziekenhuis overgebracht waar hij vijf dagen moet blijven. Love zal later zeggen dat het zijn eerste zelfmoordpoging was.

"Als tiener wilde hij al tot de "27 club" behoren"

Terug thuis in Seattle belt Courtney Love twee weken later de politie met de melding dat Cobain zichzelf in een kamer heeft opgesloten met een geweer. Als de politie ter plaatse komt, beweert hij dat hij geen zelfmoordneigingen heeft en dat hij zich alleen maar heeft verstopt voor zijn vrouw. Ook Love trekt haar verklaringen in.

AP

De frontvrouw van Hole ziet dat haar man de controle verliest en roept vrienden en familie samen om hem te overtuigen naar een afkickcentrum te gaan. Cobain geeft toe en laat zich opnemen, maar verdwijnt er al na een dag. Vanaf dan is hij spoorloos.

Een aantal dagen later wordt het lichaam van Cobain gevonden in zijn huis aan Lake Washington door een elektricien die een alarmsysteem komt installeren. Kurt Cobain heeft zichzelf met een geweer door het hoofd geschoten en laat een afscheidsbrief achter. Fans overal ter wereld zijn in shock.

Zijn zus Kimberly onthult dat Kurt als tiener haar had verteld dat hij tot de "27 club" wilde behoren, de verzamelnaam voor bekende personen die op 27-jarige leeftijd zijn gestorven, zoals Jimi Hendrix, Janis Joplin en Jim Morrison. Ironisch genoeg is hij in dat opzet geslaagd en komt hij zijn eigen bekende quote na: "Its better to burn out than fade away".

 

Top 10: De tien beste studioalbums uit het jaar 1977

Het jaartal 1977 is onlosmakelijk verbonden met punk. De ‘rockdino’s’ die eerder in het decennium goed scoorden met pompeuze, gladgestreken (concept)albums konden ineens echt niet meer. Die platen waren dan ook mijlenver verwijderd van de snelle, rauwe en ongecompliceerde songs van bands als Sex Pistols en Ramones. Toch bleef men gewoon massaal het nieuwe werk van al gevestigde namen als Pink Floyd en ELO kopen, en dat is maar goed ook, want 1977 was stiekem ook gewoon weer een gewéldig classic rock-albumjaar!

10. Supertramp – Even In The Quietest Moments…

Het eerste nummer 1-album van Supertramp in Nederland begint en eindigt met twee van de populairste songs van de band: de eerste top 10-hit Give A Little Bit en het nooit op single verschenen epos Fool’s Overture, dat in Nederland beroemd werd dankzij het gebruik door radiozender Veronica en nog steeds hoog eindigt in de Top 2000 van Radio 2. Tel daarbij op een prachtig, door Rick Davies gezongen lied als Downstream en je hebt een van de beste Supertramp-platen.

9. David Bowie – “Heroes”

Het tweede deel in de Berlijn-trilogie die David Bowie met Brian Eno maakte. Wederom is er een fraaie splitsing tussen avontuurlijke elektronische instrumentals en  ‘gewone’ songs, die misschien nog wel iets sterker zijn dan op voorganger Low (zie verderop). En natuurlijk is er die tijdloze titelsong, met de scheurende gitaarfeedback van King Crimsons Robert Fripp. Datzelfde nummer is vier jaar later in een deels Duitstalige versie toegevoegd aan de soundtrack van de aangrijpende speelfilm Christiane F. – Wir Kinder Vom Bahnhof Zoo, samen met twee andere stukken van “Heroes”. Het derde en laatste deel van de Berlijn-trilogie, Lodger (1979), is overigens eveneens zeer de moeite waard.

8. Rush – A Farewell To Kings

Het vijfde studioalbum van ‘s werelds meest geliefde Canadese progtrio volgde na de internationale doorbraak met het meesterlijke 2112 (1976). Ditmaal kwamen Lee, Lifeson en Peart niet met een epos van twintig minuten, maar er zijn wel twee songs die er qua lengte bovenuit steken op A Farewell To Kings: het elf minuten durende Xanadu en het bijna even lange Cygnus X-1 Book I: The Voyage, dat een al even prachtig vervolg kreeg op het volgende album Hemispheres. A Farewell To Kings leverde Rush een eerste gouden plaat in Amerika op en het meest commerciële lied van de lp, Closer To The Heart, werd zelfs een hitje in Engeland!

7. AC/DCLet There Be Rock

Met Let There Be Rock bouwde de band voort op het geluid maar vooral ook het succes van Dirty Deeds Done Dirt Cheap, maar dan bij vlagen harder en met veel betere songs. Het was het laatste album met bassist Mark Evans, die kort na de opnames werd ontslagen vanwege problemen met Angus Young. Ook bij deze plaat verschilde de Australische tracklist met die van de internationale: zo stond het nummer Crabsody In Blue (een track over – jawel – schaamluis) niet op de buitenlandse releases. Wel bevatten alle versies natuurlijk de klassieker Whole Lotta Rosie.

6. Steely Dan – Aja

Vaak genoemd als het meesterwerk van Steely Dan en inderdaad een geniale opvolger van The Royal Scam (1976). Van de zeven tracks op Aja zijn vier songs heel bekend: Peg, Josie, Deacon Blues en het titelnummer, waarin de beroemde jazzmuzikant Wayne Shorter een heerlijke saxofoonsolo speelt. Walter Becker en Donald Fagen schakelden ook de hulp in van een aantal andere zeer getalenteerde sessiemuzikanten en zangers, onder wie Dean Parks, Larry Carlton, Joe Sample, Michael McDonald en Timothy B. Schmit. Het niet op single verschenen, briljant opgebouwde Black Cow moet wel een van de mooiste openingstracks ooit zijn.

5. Electric Light Orchestra – Out Of The Blue

Voor veel fans geldt het symfonische Eldorado (1974) als het meesterwerk van ELO, maar de dubbel-lp Out Of The Blue was opnieuw een enorm commercieel én artistiek succes voor Jeff Lynne en de zijnen. De derde plaatkant, met de bijtitel Concerto For A Rainy Day, vormt toch wel het fraaiste deel van het album – mede dankzij de aanwezigheid van de radiofavoriet Mr. Blue Sky. Die single bleek niet de enige hit van Out Of The Blue, want ook Turn To Stone, Wild West Hero en Sweet Talkin’ Woman stonden hoog in de (Britse) hitlijst.

4. Meat Loaf – Bat Out Of Hell

Met het album Bat Out Of Hell vestigde Meat Loaf definitief zijn naam als zanger – maar misschien nog meer als entertainer. Het is het tweede album van Marvin Lee Aday, de naam die in het paspoort van Meat staat. De muziek is – uiteraard – van Jim Steinman, die met een mix van rock & roll (‘Phil Spector’) en opera (‘Richard Wagner’) tot zijn typerende Wagneriaanse rock kwam. Het resultaat: onder meer de grote hit Paradise By The Dashboard Light, het minder bombastische You Took The Words Right Out Of My Mouth (Hot Summer Night) en het rustige Heaven Can Wait. Na dit album volgden nog deel 2 (1993: Back Into Hell) en deel 3 (2006: The Monster Is Loose).

3. Pink Floyd – Animals

Animals is op een bepaalde manier misschien wel het meest zwartgallige albumconcept dat Roger Waters ooit bedacht. Geïnspireerd op George Orwells boek Animal Farm wordt de mensheid in drie soorten verdeeld: Dogs, Pigs en Sheep. Allen krijgen hun eigen nummer op de plaat en geen van drieën komt er bijzonder goed vanaf. Hoewel Animals het eerste Pink Floyd-album was waarop Waters niet alleen tekstueel, maar ook muzikaal de touwtjes stevig in handen had, biedt het 17 minuten durende Dogs ook compositorische input van David Gilmour en bovendien een aantal geweldige solo’s.

2. David Bowie – Low

Na een tijdje in Zwitserland te hebben gewoond, belandde David Bowie in 1976 in Berlijn en raakte hij meer dan geïnteresseerd in de muziekscene daar, met de krautrock voorop. Hij begon te werken met Brian Eno en Iggy Pop (met die laatste deelde hij bovendien een appartement en werkte hij mee aan nummers voor diens albums The Idiot en Lust For Life). Het resulteerde in de albums Low, “Heroes” en Lodger, de zogenaamde Berlijn-trilogie. Allemaal ijzersterk, vernieuwend en invloedrijk, waarbij Low bij ons op de redactie toch net een streepje voor heeft.

1. Fleetwood Mac – Rumours

Wat uiteindelijk het meest gewaardeerde album van Fleetwood Mac werd, begon alles behalve feestelijk. Zoals iedereen die zich in het album verdiept heeft (of gewoon eens goed naar de songteksten heeft geluisterd) wel zal weten, is Rumours vooral het product van slechte verhoudingen binnen de band. Christine en John McVie praatten nauwelijks nog met elkaar nadat ze hadden besloten te scheiden, en Stevie Nicks en Lindsey Buckingham zaten in een knipperlichtrelatie die ook niet bepaald bijdroeg aan het bewaren van de lieve vrede. Nicks zou later verklaren dat Fleetwood Mac altijd de beste muziek maakt wanneer het de bandleden op persoonlijk vlak slecht gaat, en dat is precies wat er met Rumours gebeurde. Als alles op relatiegebied koek en ei was geweest, hadden we ongetwijfeld een heel wat minder briljant album gekregen.


Ook verschenen in 1977

1977 was niet alleen een goed jaar voor de negen artiesten in het lijstje hierboven. Eric Clapton kwam bijvoorbeeld sterk terug met zijn beste plaat in jaren: Slowhand, inclusief hits als Cocaine en Wonderful Tonight. Jackson Browne maakte zijn misschien wel beroemdste plaat met het grotendeels live opgenomen Running On Empty, waarop de klassiek geworden medley van The Load-Out/Stay te vinden is. Queen leverde met News Of The World wederom een nummer 1-plaat af, waarvan natuurlijk vooral het duo We Will Rock You en We Are The Champions legendarisch werd. Voor Lynyrd Skynyrd was ’77 zoals bekend echter juist een rampjaar, want kort na de release van het uitstekende album Street Survivors vond de tragische vliegtuigcrash plaats, waarbij onder anderen zanger Ronnie Van Zant om het leven kwam.
Voor een heleboel andere rockers markeerde 1977 juist een nieuw begin. Neem voormalig Hawkwind-muzikant Lemmy Kilmister, die met zijn nieuwe groep Motörhead het zelfgetitelde debuutalbum uitbracht. Of de mannen van Cheap Trick, die met twee puike studioplaten op rij kwamen (Cheap Trick en In Color). Ook David Bowie had het druk. Naast de twee meesterwerken die de zanger zelf uitbracht, hielp hij als producer en co-songwriter zijn goede vriend Iggy Pop een handje op The Idiot en Lust For Life.
Peter Gabriel, die enkele jaren daarvoor Genesis had verlaten, debuteerde met het eerste van vier albums die hij allen simpelweg Peter Gabriel noemde en met de single Solsbury Hill had hij zijn eerste solo-wereldhit te pakken. Ook al werd progressieve rock meer dan ooit als onhip gezien, Yes (inmiddels weer mét Rick Wakeman) ging vrolijk door met het maken van Going For The One, een nieuw carrièrehoogtepunt. Jethro Tull sloeg ondertussen meer een folkrichting in op het fraaie Songs From The Wood. Liefhebbers van heavy rock kwamen aan hun trekken met puik nieuw werk van o.a. Judas Priest (Sin After Sin), Scorpions (Taken By Force), Thin Lizzy (Bad Reputation) en KISS (Love Gun en Alive II). En als we het dan toch over liveplaten hebben: laten we de dubbelaar van Status Quo ook nog even vermelden!
AOR-groep Foreigner bleek een instant succes dankzij de eerste lp Foreigner, terwijl collega-arenarockers Styx en Kansas indruk maakten met respectievelijk The Grand Illusion en Point Of Know Return (inclusief de weinig representatieve hit Dust In The Wind). De zusjes Wilson van Heart volgden hun droomdebuut Dreamboat Annie op met het ongeveer even goede Little Queen, The Alan Parsons Project presenteerde een nieuwe ijzersterke conceptplaat (I Robot) en oudgedienden als The Steve Miller Band (Book Of Dreams), Crosby, Stills & Nash (CSN) en Santana (half-live-half-studio-dubbelaar Moonflower) voegden eveneens nieuwe hoofdstukken toe aan hun succesverhalen.

Autist

Geplaatst: 15 februari 2017 in column, humor, mijn gedacht

Gast column  SVEN BOGAERTS  svenzit3·

Mezelf laten testen heb ik nooit gedaan,want ik ga nooit de diagnose krijgen

De vraag die me 10j.geleden bezig hield was:Ben ik autistisch?Dat kwam omdat ik anderhalf jaar ben samen geweest met een meisje dat autisme had.Toen ik haar vergezelde naar een activiteit in Gent,een middagje bowlen,en we in Gent-St-Pieters moesten wachten op de trein,zei ik dat ik veel van mezelf herkende in ‘de autist’.Om te beginnen moet ik telkens weten hoe de dag er gaat uitzien.Bij een verandering heb ik toch even tijd nodig om dat te verwerken.Een activiteit van haar autistengroep,de PASS,begon altijd erg stil,en eindigde meestal in veel lawaai,gepraat eerder van de deelnemers.Ik ben een jaar ongeveer medeverantwoordelijke geweest van PASS Waasland,dat hield in:elke 1ste zaterdag vd maand was het van 14-16u praatnamiddag,en 1 keer om de twee maand organiseerden we een activiteit.Ik heb zelfs in 2007 een buitenlandse reis georganiseerd naar Parijs.Mezelf laten testen heb ik nooit gedaan,want ik ga nooit de diagnose krijgen.Hoeft ook niet,ik kijk niet neer op autisten,eerder wel op racisten,maar dat is een ander onderwerp.Het middagje bowlen indertijd was erg fijn.We leerden er Lynn kennen,een pracht van een meisje,moest alleen gaan wonen want haar ma kon het niet opbrengen met een autiste te leven,triest eigenlijk.Ik bleef contact houden,zelfs na de breuk met mijn toenmalige partner,wat heet:af en toe een smsje om te vragen of alles ok is?Een dik jaar geleden kwam ik te weten dat ze in 2012 had zelfmoord gepleegd.Op dat moment voel je je erg klein,machteloos,zelfs schuldig.Had ik deze zelfmoord kunnen voorkomen?Ik ben er steeds voor iedereen,maar wie is er voor mij,bedenk ik dan?Zonder in puur zelfbeklag mezelf te storten,want als je eens nadenkt op wie je kan rekenen,en vooral op wie niet,het ene lijstje-in mijn geval het laatste-is veel groter dan het andere.Ik heb wel eens horen zeggen dat,als je in uw kindertijd makkelijk en veel vrienden maakte,dat ook blijft lukken als je volwassen bent.Dat kan kloppen,ik had vroeger niet veel vrienden,nu zelfs geen.Bekijk het positief:ik kan er geen verliezen.Lachen met je eigen miserie,jezelf nooit op de borst kloppen en steeds in vraag stellen,dat hanteer ik vaak.En…vbn!Dat staat voor Vriendelijkheid,Beleefdheid en Nederigheid.Ik zal nooit stoefen over iets,die arrogantie gun ik anderen wel.Net zoals ik zelfs in een ruzie ambras maak met de R van Respect:nooit beginnen schelden,nooit slagen.Ik gun ieder zijn hobby’s,en waar ik vroeger mezelf druk maakte over futuliteiten,doe ik dat nu minder,met de bijl vroeger en met de stem nu,bij manier van spreken.Ik ben een beetje een eenzaat eigenlijk,deels onbewust.De vader van Evi heeft ook geen tot weinig vrienden,maar de brave man gaat fluitend door het leven.Hij werkt graag in zijn tuin,of kijkt als hij thuis is ook graag een sportwedstrijd,maar in tegenstelling tot mij gaat hij er niet in op.Dat heeft mijns inziens voor-en nadelen,zoals vele zaken.Als u club verliest voel je je niet klote,als ze wint zweef je niet op een euforische wolk.Met ouder te worden brokkelt het fanatieke helaas beetje bij beetje af,maar ik kan me niet inbeelden dat Evi’s pa achter het scherm staat te roepen op de arbiter,sjaal in de hand.Nee,daarvoor is hij veel te nuchter,in tegenstelling tot mijn vader.Nu ik me de bedenking maak:ik hoorde een paar dagen geleden op de radio nog eens ‘Papa’ van Bos.En ja,we lijken uiterlijk en deels qua karakter op elkaar,zou papa autistisch ingesteld zijn?Ik denk even na,en besluit dan de denkpiste te laten varen.Autisten zijn géén mongolen,zoals ik ooit iemand heb horen zeggen.Ze leggen,net als ik(vroeger) moeilijk contact,maar eens je contact hebt,zijn het vaak leuke gesprekken die je kan voeren met hen.Iedereen zal wel één of meerdere autistische kantjes hebben,maar daarvoor zijn we niet allemaal autistisch,of achterlijk,zoals diezelfde persoon verklaarde indertijd.Na de breuk met dat meisje,in 2008 heb ik het best zwaar gehad.Er werden me dingen in mijn schoenen geschoven die niets meer of minder waren dan forse leugens,ik werd gewoon zwart gemaakt door haar familie.De druk werd gewoon té zwaar,waarop ik op een zaterdagnamiddag per sms de ‘bons’ kreeg.Weeral.Want in al mijn relaties die ik heb gehad werd ik steeds aan de deur gezet.Positief:je herkent sommige situaties zodat je kan wennen aan wat gaat komen,al went een afscheid eigenlijk nooit.Negatief:als je al onzeker bent over jezelf,gaat een liefdesbreuk je zeker niet helpen positief denken.Maar dat is het verleden,wat telt is het heden.Dit is mijn 10e columm.Heb ik een juist beeld van mezelf laten zien?Was het niet te zwart,te depressief?Het was pure eerlijkheid,ik zet me meestal onder het genot van een kopje koffie of warme chocomelk aan de computer,één onderwerp waarmee ik start,en de woorden komen vrij makkelijk via de pc in een tekst terecht.Ik dank iedereen voor het lezen,de meestal toffe feedback en hoop dat ik u,beste lezer niet teveel heb verveeld.Dit is geen afscheid,enkel een nederige,vriendelijke en beleefde :dank u wel.Ik ben nog niet uitgeschreven,wie weet wanneer wel.Mogelijk als ik mijn grootvaders terug zie.mogelijks vroeger,maar élk verhaal blijft 100% mezelf.Daar kan u vanop aan!

 

Sven


Lemmy Kilmister.Lemmy Kilmister. © Robert John

Boek (non-fictie) – Lemmy: de definitieve biografie

RECENSIE

Popjournalist Mick Wall vindt de mens Lemmy onder het leer. Wall volgde het metalbeest tientallen jaren en dat heeft een onthullende biografie opgeleverd.

 

 

De grote uitdaging voor de biograaf die zich zet aan het levensverhaal van Lemmy: hoe krijg je een ziel in dat granieten rockmonument? Hoe vind je de mens Lemmy onder die versteende lagen denim en leder? Schuilde er eigenlijk nog een schim van het Britse jochie Ian Fraser Kilmister (Burslem, Stoke-on-Trent, 1945) achter die snuivende en zuipende biker van Motörhead, die de belichaming werd van de heavy metal maar bezweek aan de bijbehorende levensstijl?
In zijn autobiografie White Line Fever uit 2002 had Lemmy zelf zijn oude Ian niet gevonden. Alleen die titel al. Lemmy en zijn ghostwriter kwamen niet voorbij de rock-clichés, de sterke verhalen, de drugs, het onmetelijke libido van een van de grootste groupieverbruikers uit de rockgeschiedenis.

ROCKPERSOONLIJKHEID

Mick Wall, Lemmy – De definitieve biografie (****). Non-fictie. Uit het Engels vertaald door Robert Neugarten. Q; 296 pagina’s; euro 19,99.

Natuurlijk noteert ook de Britse muziekschrijver Mick Wall die rock-‘n-roll-anekdotes – hij kan niet anders: een Lemmy zonder vecht-, snuif-, en neukpartijen is een lege huls, een nep-Lemmy. Maar Wall is ook aan het beitelen. Aanvankelijk met voorzichtige tikjes, maar als het einde nadert beukt de auteur op zijn onderwerp in. Hij laat het standbeeld barsten en kijkt door de kieren naar binnen: is daar iemand? In Lemmy – De definitieve biografie krijgt de vorig jaar overleden rocklegende postuum weer enige humaniteit, en alleen daarom al is het boek waardevol.
De popjournalist Mick Wall had een vertrouwensrelatie met Lemmy. Hij zag optredens van de latere Motörhead-oprichter in zijn eerste grote band Hawkwind. Hij kende Lemmy als die heavy gast die altijd maar achter de fruitautomaat zat in het Londense café The Electric Garden. Hij wist dat Lemmy ‘Lemmy’ werd genoemd omdat hij voortdurend geld aan het bietsen was: ‘Lend-me-a-quid!’ En hij zag in Lemmy al vroeg een authentieke rockpersoonlijkheid, een man zonder praatjes die muziekgeschiedenis zou kunnen schrijven. Dus zocht Wall het metalbeest op voor een aantal goede gesprekken, vanaf de prille jaren tachtig tot vlak voor zijn dood.

ALLEEN ZIJN

Omslag Mick Wall, Lemmy: de definitieve biografie.Omslag Mick Wall, Lemmy: de definitieve biografie. ©

De ontboezemingen van Lemmy aan Wall zijn verhelderend. Zo vertelt Kilmister dat hij als enig kind goed leerde om alleen te zijn en aan diepe zelfreflectie te doen. ‘Veel mensen kunnen niet alleen zijn. Dan worden ze bang. Maar ik kon alleen zijn, ik had er geen last van. Omdat ik weet wie ik ben en ik ben zelf mijn beste vriend. Dat is een waardevol geschenk.’
Dankzij dit soort uitspraken krijgen we toegang tot de Lemmy-kluis. Ze verklaren waarom Lemmy nooit een duurzame relatie wilde aangaan en uiteindelijk zelfs zorgwekkend eenzaam in zijn appartementje in Los Angeles zou zitten. Je begrijpt ineens hoe Lemmy als dappere speedgebruiker stand kon houden in de zweverige LSD-commune van de spacerockband Hawkwind. Waarom hij als zanger en bassist stronteigenwijs punk, rock-‘n-roll en heavy metal mengde in zijn band Motörhead en weigerde ook maar iets aan dat opgefokte en stekelige bandgeluid te veranderen, ook in moeilijke (want andere) muziektijden als de jaren negentig. En waarom bandleden met wie Lemmy het toch best goed had kunnen vinden, konden ophoepelen als ze begonnen te zeuren over het moordende toerschema. Sodemieter maar op, Lemmy redt zich wel.

Ik mag God niet! Ik vind hem een sadistische maniak

Lemmy

TRAGISCH SLOT

Er volgen veel meer verrassingen. Een van de Motörhead-managers vertelt aan Wall dat Lemmy zich gedurende een ziekenhuisopname ernstige zorgen maakte om zijn planten. ‘Hij vroeg of ik zijn planten water wilde geven.’ Jawel: Lemmy hield van planten.
De tragische slothoofdstukken, waarin Lemmy razendsnel aftakelt en zich het podium op moet laten hijsen voor zijn laatste shows, zijn al net zo onthullend. Wall wil uiteraard weten hoe Lemmy, die in het beroemdste Motörhead-lied, Ace of Spades, zo onverschrokken zong dat hij beslist niet eeuwig wilde leven, de dood tegemoet treedt. En of hij een andere relatie met God had gekregen, naarmate hij ouder werd. Lemmy, schreeuwend: ‘Ik mag hem niet! Ik vind hem een sadistische maniak. Hoe zit dat eigenlijk? Als we hem bellen, is hij altijd even niet in zijn kantoor. Nou nou, lekker belangrijk.’
Stoere woorden, waarachter toch ook de wanhoop galmt. Lemmy wilde helemaal niet dood.

INFORMATIEDREMPEL VERVUILINGSPIEK

Geplaatst: 9 februari 2017 in Uncategorized

 

Vandaag en volgende dagen: relatief hoge concentraties fijn stof in Brussel.

We nemen een overschrijding waar, van microdeeltjes in de lucht, voor de informatiedrempel in het Brussels Gewest.

Om de nefaste gevolgen van deze verslechtering van de luchtkwaliteit te beperken graag:

  • De temperatuur in gebouwen beperken
  • Uw wagen zo weinig mogelijk gebruiken, bij voorkeur een alternatief zoeken (openbaar vervoer, fiets, wandelen, carpooling)

Best ook geen intensieve of aanhoudende fysieke inspanningen leveren.

Meer info op http://www.luchtkwaliteit.brussels